muren zijn neergehaald verbanden afgebroken uitgestrooid elders in de stad nu verrijst een welgesteldenwijk zolang het duurt op gladgestreken bodem Aart Both
* voormalige ‘prachtwijk’ in Gouda
Selectie, stimulering en ondersteuning van de Goudse stadsdichter
muren zijn neergehaald verbanden afgebroken uitgestrooid elders in de stad nu verrijst een welgesteldenwijk zolang het duurt op gladgestreken bodem Aart Both
* voormalige ‘prachtwijk’ in Gouda
Ik staar naar een foto
Waarop de blonde Sint Jan
Haar haren van links
Naar rechts zwiept,
Raak het Stadhuis even aan
Dat tussen de bedrijven door
Knipoogt naar de kijker.
De Markt lacht breed
Met hagelwitte tanden
Om al mijn gestaar en geprevel
Mijn obligate prijzerij
En toch is er een Stad om van te houden
In volle weemoed naar
Te verlangen
Als je op vakantie denkt even
Weg te zijn maar toch in
Heimwee zit gevangen
Joost Reichenbach
Ben jij dit, mijn stadje?
Loop ik echt
Van de Wilhelminastraat de Markt op
In opmaat tot thuiskomst?
Ben jij dit, mijn stadje?
Ben jij bij dit wenden der nacht
Als enige in staat om mijn looptocht van liefde
Te bedekken met stilte?
Ben jij dit, mijn stadje?
Stuur jij nu een veger van Cyclus
De straat op om even
Geluiden te maken omdat ik wat reuring behoef?
Ben jij dit mijn stadje?
Laat jij het Stadhuis met zijn vuurrode luiken
Even plechtstatig neigen naar waar ik
Mijn voetstappen zo schielijk zacht neerzet?
Ben jij dit mijn stadje?
Weet dan dat ik thuis in de nazit
Met twee glazen whiskey
Gelukzalig weet
Dat jij mij weer gidste en rust gaf
Joost Reichenbach
Als ik weg zou gaan uit Gouda
Zou de IJssel niet meer vloeien
Stopt het grazen van de koeien
Als ik weg zou gaan van hier
Als ik weg zou gaan uit Gouda
Zou de Waag het wegen laten
Zal het orgel niet meer praten
Als ik weg zou gaan van hier
Als ik weg zou gaan uit Gouda
Zou de kerk het glas ontberen
Zou geen trein meer arriveren
Als weg zou gaan van hier
Ik zou niet weten waar te schuilen
Zou me schamen voor mijn huilen
Als ik weg zou gaan van hier
Dus moet ik in Gouda blijven
Om de liefde te bedrijven
Om nog een gedicht te schrijven
En niet weg te gaan van hier
Joost Reichenbach
de zaak is uitgekleed de poppenkast ontmanteld hier en daar nog goed achtergelaten de veegploeg is nog niet geweest woest en leeg komt bij mij op zoals in het begin toen daar licht op scheen ontstond leven en welzijn broed op deze grond in creatieve geesten Aart Both
in memoriam V&D
Ik droeg het water in mijn aderen. Lemige gemeente, stroopwafelstad. Kon de zoete rivier proeven als ze kronkelend botste op het bot. Ik torste de trotse koggeschepen met gebrouwen bier en kilo’s kaas om over Hollandse IJssel getijden naar Vlaanderen en verder te gaan. Ik gaf zeilmakers en viswijven florijnen die wegrolden in de rokerige havenkroeg. Tollenaars en turfstekers hun tarwe dat ze wegspoelden met wijn en wei Ik bracht de mallen voor pijpen van klei en de letters van Gerard Leeu. Mijn gedregde bagger werd gebakken Tot stevige, gele IJsselsteen Ik droeg het water in mijn aderen. Kaaskoppig dorp, wegverzakte stad. Maar zag de haven happen naar adem en de stroming bezinken in stilstand. Nu peddelen en poedelen er een paar in mijn ouwe botten van de BinnenGouwe. om kabbelend kalm aan de kade vredig aan te meren aan het waterfront. Lui en lam lig ik nu uit het zicht van koopzieken en klappend kaasvee. Klots ik kleurloos tegen de deuren in de schaduw van kaarsjes en de kerk. Sla de stille sluizen op hun schouder open de stromen in mijn ogen. Laat de zompige lucht in mijn longen en de golven gonzen in mijn oren. Laat mij de jachten plezierjagers binnen brengen in zinderende avondzon. Zodat zij hun zilte zomeravond afspoelen Met liters bier en een borden kaas Ik draag het water in mijn aderen. Zeebonkenhonk, IJsselhavengat. Herschrijf de historie op mijn huid en ik breng het leven in de stad. Ruud Broekhuizen
zie de stad als een zwembad om in te duiken beleef haar ruimte; ze nodigt je uit baad in de golfslag van dag en nacht ontspan en laat het tobben varen hier tref je elkaar, hier kan je gesprekken sparen overal beweging, wat is Gouda zonder water? zie de stad als een zwembad om in te duiken beleef haar ruimte; ze nodigt je uit om samen te komen, de grond te gebruiken de tijd te verdrijven binnen en buiten zo veel levens, zo veel bedrijvigheid en momenten stromen langs je heen zie de stad als een zwembad om in te duiken Klara Smeets
mij roepen de verten was ik een zwerveling mijn liederen zouden klinken in de ruimte was ik een schepeling mijn verzen zouden wandelen over zee op bladzijden opengeslagen wolken zou ik woorden schrijven en late vogels zouden die meevoeren naar de wenkende nacht niemand zou ze lezen en ik zou gelukkig zijn Inez Meter